Wednesday 4 July 2007

Jeugdwerkloosheid bij hoogste in eurozone

Binnen de eurozone ligt alleen in Frankrijk, Griekenland en allicht Italië de jeugdwerkloosheid hoger dan in België, leren Europese cijfers.

De werkloosheid in de eurozone bedroeg in mei 7 procent, maakte het Europees bureau voor de statistiek, Eurostat, gisteren bekend. Dat is een forse daling tegenover de 7,9 procent van mei 2006. In België bedroeg de werkloosheid in mei 7,4 procent, tegenover 8,4 procent een jaar eerder. Daarmee staat België in de eurozone op de negende plaats op dertien landen. Alleen in Portugal, Spanje, Griekenland en Frankrijk zijn er meer werklozen in verhouding tot de beroepsbevolking.
Bekijkt men alle Europese lidstaten, dan staat België op de twintigste plaats op 27. Ook in de EU-27 was in mei 7 procent van de beroepsbevolking werkloos, tegenover nog 8 procent in mei 2006.
De jeugdwerkloosheid ligt, met 15,3 procent in de eurozone en 15,9 procent in de EU-27, een heel pak hoger. Maar in België is het verschil nog groter: in mei was in ons land 19,2 procent van de (beroepsactieve) min-25-jarigen op zoek naar een baan. Dat is weliswaar een daling met 2 procentpunt tegenover een jaar geleden, maar het blijft een van de hoogste cijfers in de eurozone. Alleen in Frankrijk (21,9 procent) lag het nog hoger. Voor Griekenland en Italië, waar de jeugdwerkloosheid in het eerste kwartaal respectievelijk 24,6 en 20,4 procent bedroeg, zijn slechts cijfers beschikbaar tot en met maart. Tenzij er daar een spectaculaire verbetering is opgetreden, ligt de jeugdwerkloosheid er waarschijnlijk ook nu nog hoger dan in België.
Het best scoren Nederland, Denemarken en Ierland, zowel voor de 'algemene' werkloosheid als voor de jeugdwerkloosheid. In Nederland zat in mei slechts 3,2 procent van de beroepsbevolking zonder baan, en 5,7 procent van de jongeren onder de 25. Enkele maanden geleden wees ook de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso) er al op dat de jeugdwerkloosheid in België verontrustend hoog blijft. Het probleem situeert zich, zoals bekend, vooral bij laaggeschoolden, en dan vooral in Brussel en Wallonië. De Oeso stelde toen voor om de wachtuitkeringen in een eerste fase te beperken in de tijd, en op langere termijn zelfs helemaal af te schaffen.

VOLLEDIG ARTIKEL: De Standaard

No comments:

 
Add to Technorati Favorites