Monday 20 August 2007

Zakendoen is erfelijk

Zelfstandig ondernemerschap wordt van generatie op generatie doorgegeven.


De meerderheid van de zelfstandige ondernemers in ons land is afkomstig uit een familie van zelfstandigen. En de helft heeft minstens één kind dat ook een eigen zaak heeft opgestart of van plan is dat te doen. Het ondernemerschap wordt dus van generatie op generatie doorgegeven.De gegevens komen uit een enquête die het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen (NSZ) heeft uitgevoerd bij zijn leden. Met het oog op het einde van de vakantie, wanneer veel jongeren een baan gaan zoeken, onderzocht de federatie wat de voornaamste beweegredenen zijn om zelfstandig ondernemer te worden. De meeste zelfstandigen kozen voor het ondernemerschap 'om een droom waar te maken'. De motivatie door de familiale omgeving is daarbij een belangrijke factor. De meeste ondernemers krijgen het zakendoen als het ware met de paplepel mee. Opvallend is wel dat de familiale factor erg verschilt naargelang van de sector waarin de ondernemer actief is. Van de garagehouders en land- en tuinbouwers is wel 75 procent het kind van een ondernemer. Van de winkeliers en aannemers is dat 63 procent, van de horeca-uitbaters 52 procent en van de vrije en intellectuele beroepen (dokters, advocaten, notarissen etc.) 44 procent. Gedeeltelijk wordt het cijfer beïnvloed door de mate waarin de ouderlijke zaak door de kinderen wordt voortgezet. Bij de horecamensen is dat nauwelijks het geval. Negentig procent heeft zijn of haar zaak zelfstandig opgezet. Ook bij de beoefenaars van vrije en intellectuele beroepen heeft maar een kleine minderheid de ouderlijke praktijk overgenomen.De meeste ondernemers hebben eerst in loondienst gewerkt voordat ze hun zaak opstartten. Gemiddeld start de zelfstandige op dertigjarige leeftijd met zijn of haar zaak. De jongeren zijn iets later begonnen dan de ouderen. Eerst ervaring opdoen in loondienst wordt dus populairder.De ondernemers zijn over het algemeen wel tevreden over hun keuze. Driekwart zou opnieuw dezelfde keuze maken, als de klok teruggedraaid zou kunnen worden. Bij de vrije en intellectuele beroepen is dat zelfs 88 procent. De vrijheid en de mogelijkheid om zich te ontplooien zijn daarbij de belangrijkste argumenten. Voor degenen die niet opnieuw zouden beginnen, zijn vooral financiële factoren een struikelblok. Ze noemen het grote financiële risico dat ze lopen, en de omvang van de investeringen die ze moeten doen.Ook de hoge sociale lasten en het gebrekkige sociale statuut zijn minder aantrekkelijke kanten van het ondernemerschap. In de horeca worden vooral de strenge reglementering en de moeilijkheden om personeel te vinden genoemd als hinderpaal. Het aantal ondernemers met een kind dat in zijn of haar voetsporen treedt, is lager dan het aantal ondernemers dat uit een familie met een eigen zaak afkomstig is. Daaruit concludeert het NSZ dat de generatie-factor bij de keuze voor het ondernemerschap aan het afnemen is. De 'instroom' van mensen zonder ondernemingsachtergrond neemt toe. Dat blijkt ook uit de stijging van het aantal starters.

No comments:

 
Add to Technorati Favorites